Toen wij uit Engeland vertrokken

In mei 2011 kwam de Nederlandse journalist en schrijver Joris Luyendijk in Engeland wonen. Afgelopen zomer is hij teruggekeerd naar Nederland en schreef over zijn tijd in Groot-Brittannië een afscheidsbrief in Vrij Nederland. Hij blikt terug op zijn bijna 6 jaar aldaar en kijkt daarbij onder andere naar de verschillen en overeenkomsten tussen Engeland en Nederland, de rol van de pers en natuurlijk de Brexit, waarin bij Luyendijk gaandeweg een transformatie in zijn houding daarover heeft plaatsgevonden. Mijn periode in Engeland heeft ook mijn blik op het land veranderd, maar dan op een andere manier dan bij Luyendijk.

In mei 2011 verhuisde ik juist net terug van Engeland naar Nederland, ook na een periode van zo’n 6 jaar. Op 2 januari 2005 had ik een enkele reis Londen vanaf Schiphol. Ook ik merkte hoe gemakkelijk zo’n verhuizing naar Engeland ging; in tegenstelling tot Nederland kent het Verenigd Koninkrijk geen burgerlijke stand en hoef je je dus niet te in te schrijven waar je woont. Ook de NHS, de gratis gezondheidsverzekering, is onvergelijkbaar – met waar dan ook. Een persoonlijke bankrekening krijgen daarentegen was minder makkelijk, zeker als je geen werk contract kan overhandigen. Toen ik eenmaal aan de slag was als webdesigner en de checks die ik ontving zich opstapelde stonden de banken in de rij om me bij ze aan te sluiten. Dat was bij de eerste die zich aanmeldde. Het hoofdkantoor daarvan zat geloof ik op het eiland Man of zoiets en hoort daardoor technisch gezien niet bij het Verenigd Koninkrijk; net als bij de zakelijke rekening die ik opende, bij een bank die uit Hong Kong komt. Offshore banking is een term die dan genoemd wordt. Bij die banken, maar ook door Engelse collega’s werd ik vaak als European of continental aangeduid. Zo werd mij voor het eerst de eilandcultuur van Engeland bekend.

Net als Luyendijk woonde ik in Londen, wat natuurlijk niet representatief is voor de rest van het land, net zomin als Amsterdam dat is voor de rest van Nederland. Voor Nederlanders thuis is het makkelijk: je bent Nederlander, spreekt Nederlands en woont in Nederland. Als Nederlander in het buitenland wordt het moeilijker: Je bent Dutchman, spreekt Dutch, niet te verwarren met Deutsch, en komt uit The Netherlands (met lidwoord en in meervoud), al begrijpt men je beter als je zegt dat je uit Holland komt. Al kwam het meer dan eens voor dat als ik zei waar ik vandaan kwam men mij dan trakteerde op verhalen over Kopenhagen of Brugge. Voor de Britten zit dit nog ‘andersder’ in elkaar: officieel heet het land Het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland, kortweg The UK. Groot-Brittannië is eigenlijk niet anders dan de naam van het eiland dat bestaat uit de ‘deellanden’ Engeland, Wales en Schotland. Samen met Noord-Ierland vormen ze het VK, en een inwoner daarvan is Brits. Noord-Ierland is het Britse gedeelte van het geografische eiland genaamd Ierland dat ze delen met de zelfstandige Republiek Ierland. Tezamen heten die 2 eilanden (Ierland en Groot-Brittannië) de Britse eilanden, al zullen de Ieren (uit de republiek) daar hun wenkbrauwen bij ophalen. Dat kan ik weten want mijn schoonouders zijn Iers.

Voor mij was het de liefde die mij naar Engeland bracht. Met oud en nieuw 2003/2004 leerde ik op een feestje in Amsterdam een Engelse jongedame kennen tijdens het dansen die in Londen bleek te wonen en werken, opgegroeid was in het midden van Engeland (nabij Nottingham) en dochter is van Ierse immigranten. Na een jaar van heen- en weer gereis (een vlucht met EasyJet was toen nog goedkoper dan een biertje) bevond ik me ineens in Islington, een mooie wijk in Noord-Londen. Ik had m’n goede baan opgezegd, huis opgezegd en me van zoveel mogelijk ballast ontdaan. Eigenlijk had ik het toch wel zo’n beetje gehad met Nederland.

Begin november 2004 werd Theo van Gogh vermoord en begon de sfeer in Amsterdam naar mijn smaak steeds grimmiger en meer verdeeld te worden. De keuze tussen Amsterdam en Londen was dan snel gemaakt. Daarnaast spreek ik Engels, terwijl mijn vriendin geen Nederlands sprak. Bovendien diende zich in het huis waar zij woonde een unieke kans aan waardoor wij daar samen konden gaan wonen. Dat was in januari 2005. Vlak daarvoor had ik contact gelegd met wat uitzendbureaus in Londen voor grafisch personeel die me verschillende mogelijkheden hadden geboden. En inderdaad niet lang na mijn verhuizing zat ik ineens te werken voor de grootste reclame- en mediabureaus, waaronder de BBC. Dit was op korte termijn uitzendbasis, en na dat een paar maanden gedaan te hebben accepteerde ik een vaste baan in Richmond aan de andere kant van Londen, nabij Kew Gardens. De reis van anderhalf uur nam ik op de koop toe; het was een erg leuk klein creatief bureautje met fijne collega’s en prettige opdrachten. Dat reizen vond ik eigenlijk best inspirerend: beetje mensen kijken en zo. Op de roltrappen naar de metro een reis delen met duizenden anderen heeft iets magisch; zoveel verschillende zielen die allemaal op weg naar hun werk zijn geeft een energie die ik in Nederland niet kende.

Tot ik, na nog maar een paar weken bij dat bureautje in dienst te zijn geweest, op een ochtend niet op kwam dagen. Het was een grijze zomerdag in juli van 2005. De dag daarvoor waren de Olympische Spelen van 2012 aan Londen toegewezen en had ik m’n eerste Britse mobiele telefoon in ontvangst genomen. Het was wat laat geworden. Ik had de pech dat ik die volgende ochtend iets later dan gebruikelijk naar m’n werk was vertrokken en in de Piccadilly Line metro zat tussen Kings Cross en Russel Square waar een bom ontplofte van een islamitische zelfmoordterrorist, één van de vier die ochtend, en de ergste, waarbij de helft van alle 56 slachtoffers vielen. In zo’n metro zitten tijdens de drukke spits zo’n 1.000 mensen, waar ik er één van was, opgesloten als sardientjes, diep onder de grond, in een overvolle coupé die zich langzaam vult met rook. Enfin, om een lang verhaal kort te maken, ik kwam er uit, heb het overleefd en het leven ging gewoon door.

Na een paar weken met de overvolle trein naar Richmond te zijn gegaan had ik m’n baan verruild met eentje dichter bij huis, bij een groot reclamebureau aan Knightsbridge, tussen Harrods en Hyde Park. De opdrachten waren minder interessant maar de sfeer was er tof; er werd luid muziek gedraaid, waaronder Kraftwerk, en de doorstroom was hoog waardoor ik er vele vriendschappen heb opgedaan met zowel locals als buitenlanders. In zo’n omgeving word je gewaardeerd om je bereidheid lol te hebben en een pint lauw bier te drinken na de fish ’n chips op de vrijdagmiddag, niet om je afkomst of ‘identiteit’. Mijn ervaring van 7/7 leek ver weg; ik sprak er met geen collega over. Wel met mijn vriendin. Het hielp dat zij Engelse was, en mijn ervaring met ‘de Engelsen’ in het algemeen was er één van niet zeuren, gewoon doorgaan. Mede dankzij dit alles ben ik me méér Engels dan Nederlands gaan voelen; in ieder geval geen expat.

In Nederland voelde ik me toch al niet zo ‘Nederlands’. Als pleegkind voelde ik me altijd al een buitenstaander, een diplomaat tussen twee vuren; als iemand die in andermans schoenen loopt. Als pleegkind van joodse komaf bovendien ook nog eens als een buitenbeentje op zoek naar zingeving. Een kleine David die met z’n slinger dapper weerstand biedt tegen de grote boze buitenwereld. Maar goed, ik mag dus niet klagen. Mij kan je overal neerzetten; ik ben net zo makkelijk deelgenoot als observeerder. En in Londen is iedereen buitenstaander. We’re all individuals. Toch…?

Luyendijk maakt een rake observatie omtrent de beleefdheid van de Britten versus de directheid van de Nederlanders. Het leuke van die gereserveerde beleefdheid van de Britten is de self-depricating humour; grapjes maken over je eigen onvolmaaktheden; jezelf niet te serieus nemen. Men spreekt liever in de pub af dan bij elkaar thuis; dat zorgt voor een minder persoonlijk, misschien wat oppervlakkiger contact, maar niet minder leuk. In Nederland etaleert menigeen hun privéleven door de gordijnen bewust open te houden; in Engeland is dat ondenkbaar en stelt men prijs op privacy. In Nederland consensust men er op los want de polders zouden wel eens vol water kunnen lopen; in Engeland kan men gerust de kop boven het glooiende maaiveld uitsteken en brengt dan ook niet alleen de beste komieken voort maar ook uitzonderlijk goede schrijvers, films en muziek. Awkwardness is een prima voedingsbodem voor goede kunst.

Dat gebrek aan compromis zorgt niet alleen voor goede kunst en humor maar ook voor verschrikkelijke politiek en media. Er bestaat in Engeland nog steeds een voor de Nederlander soms moeilijk waar te nemen klassenmaatschappij, die de bevolking langs subtiele lijnen scheidt. Afhankelijk van het perspectief zijn er aan de ene kant de zogenaamde chavs, zeg maar een soort tokkies: denk Vicky Pollard (‘Yea but, no but…’) van Little Britain met trainingspak en 12 koters; aan de andere kant de toffs: denk Monty Python in één van hun Oxbridge-imitaties. Helaas is er in de loop der tijden een moordende politieke correctheid ontstaan waardoor er niet alleen minder goede komedie wordt gemaakt, maar ook een andere scheidingslijn is ontstaan. Zo heb je nu ineens allemaal communities: the black community, the Asian community, the gay community, the wheelchair community of the bald community, zoals Larry David het gekscherend duidt. Wat is er met het individu gebeurt…?

Dat de tabloids de uitlaatklep zouden zijn voor onderbuikgevoelens kan best zo zijn (smaakvol is anders); dat maakt de zogenaamde kwaliteitsmedia als de BBC, The Guardian en The Independent (zeg maar de NOS, NRC Handelsblad en de Volkskrant) er niet noodzakelijk beter op. Het dun verpakte antisemitisme van vaak linkse politici en media is schokkend (hoewel nauwelijks nog verrassend). Het is de vaak arrogante, betweterige ivoren toren mentaliteit van deze ‘kwaliteits’ journalisten (die inderdaad preken over diversiteit maar intussen hun kinderen naar exclusieve scholen sturen) waar de gemiddelde burger een afkeer van heeft gekregen, zeker wanneer het internet je direct naar de bron brengt, zonder links of rechtse peper en zout.

Dat er niet over de gevolgen van een Brexit is nagedacht wil nog niet zeggen dat de voorstanders geen punt zouden hebben. Als de oprechte bezwaren tegen het ondemocratische EU-project worden afgedaan als ‘dom gezwets van het gepeupel’ dan kun je Trump-achtige reacties verwachten. Iedereen wil gehoord worden. Wat dat betreft kunnen ze in Engeland juist wel een Geenstijl gebruiken. Immers, het ongegeneerd schoppen -met humor- naar de gevestigde orde zit ze helemaal in het bloed.

Ons vertrek uit Engeland in mei 2011 – mijn terugkeer naar Nederland – heeft de nodige veranderingen met zich meegenomen. Vergeleken met Engeland is Nederland erg netjes en schoon. Ietsje te schoon soms; zo mis ik de rommelige charme van Engeland. Wat me nu meer opvalt dan voorheen is het belerende en controlerende karakter van de gemiddelde persoon op straat; zo word ik regelmatig betut als ik door een rood stoplicht fiets, al kan dat ook aan het kleine Haarlem liggen waar ik nu woon. Wanneer een klant ‘werk ze’ tegen een kassière zegt mag misschien vriendelijk bedoeld zijn, voor mij is dat tenenkrommend. De klant is voor mij nog altijd koning. Het ‘doe maar normaal, dan doe je al gek genoeg’ is een gezegde van een grijzige saaiheid waar nooit iets moois uit voort kan komen. De kring waarin men automatisch gaat zitten – één voor één aan de beurt! – tijdens een verjaardag (of rond de tafel bij een ADHD-TV-presentator) geeft me een winderige kringspier. Het eindeloze ritueel van de kille en afstandelijke drie zoenen bij een begroeting heb ik daar waar het kan verruild voor de warme en innige omhelzing.

Zo zijn er vele leuke dingen die ik meegenomen heb uit Engeland en Londen. Wat ik in ieder geval niet mis is de drukte van Londen, het verkeer en zo. Maar, zoals mijn goede moeder altijd zegt: je neemt altijd jezelf mee.

 

 

Enkele Nederlandse woorden die geen equivalent hebben in het Engels:
Gezellig, varen, U, jullie, mag niet hoor, toch, de mens, woningbouwvereniging, zwijgen, z’n gangetje

Enkele Engelse woorden die geen equivalent hebben in het Nederlands:
Anxiety, falling in love, making out, a leap of faith, sibling, asset, human being

 

 

London pics

Mijn foto’s van Londen

 

2 replies

Leave a Reply

Want to join the discussion?
Feel free to contribute!

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *

This site uses Akismet to reduce spam. Learn how your comment data is processed.